Morocco, Land of Football


Taal

Taal en algemene woordenschat

Een land ontdekken betekent ook de taal leren. Marokko’s twee officiële talen zijn Arabisch en Amazigh, maar vrijwel alle Marokkanen spreken en begrijpen Frans. Het Spaans is wijdverspreid in het noorden en zuiden van Marokko. Je zal betoverd worden door het Arabisch. De taal zingt en de warme intonaties moedigen aan tot een gesprek. De Amazigh taal, die het Tifinagh alfabet gebruikt, is het gedeelde erfgoed van alle Marokkanen.

Om te kunnen omgaan met de plaatselijke bewoners en het beste te halen uit je reis zijn hier enkele Arabische begrippen die je zou moeten leren. Eens je je hotel verlaat zijn enkele woorden het enige dat je nodig hebt om contact te maken. Met "as-salaam alaykum" heb je hallo gezegd tegen een nieuwe vriend, die zal antwoorden met "waalaykum as-salaam". Vraag "labass" om te horen hoe het met hem gaat en neem dan afscheid door hartelijk "beslama" te zeggen.

Wanneer je tijdens de dag op de soek terechtkomt, zal je je onderhandelingskunsten moeten bovenhalen. Noteer deze essentiële uitdrukkingen om succesvol te onderhandelen: "kayen" betekent "heb je" dit of dat artikel; "ma'arft" betekent dat je niet zeker bent; "iyah" en "lla" betekenen "ja" en "nee". Ten slotte, zeg "rally bizef" voor "te duur" en het onderhandelen is begonnen!

Later, als je thee bestelt op een terras kan je "Atini Attay" tegen de serveerder zeggen voor "Ik zou graag een muntthee willen", en wanneer hij het naar je brengt bedank je hem met "Shukran".

Omdat Marokkanen een natuurlijke gave voor talen hebben, zal jouw verblijf vast en zeker aangenaam zijn!